29. Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen
Investeringsverplichtingen
Ultimo 2024 zijn we voorwaardelijke investeringsverplichtingen aangegaan ter hoogte van € 335,5 miljoen (ultimo 2023: € 260,0 miljoen). De verplichtingen in Nederland houden met name verband met investeringen in het CCS-project Porthos, het warmtetransportnetwerk van WarmtelinQ en het waterstofnetwerk. De verplichtingen in Duitsland houden met name verband met het vergroten van de transportcapaciteit voor de doorvoer van LNG en investeringen in het kader van de leveringszekerheid. Ook de reguliere vervangingsinvesteringen in Nederland en Duitsland zijn in het investeringsbedrag opgenomen.
Verstrekte garantiestellingen
De verstrekte garanties zijn als volgt:
In miljoenen euro's | 31 dec. 2024 | 31 dec. 2023 | ||
---|---|---|---|---|
Aantal | Waarde | Aantal | Waarde | |
Bankgaranties | 5 | 0,4 | 4 | 0,4 |
Parent Company Guarantees | 19 | 669,8 | 17 | 717,5 |
Overige garanties | 2 | 119,1 | 2 | 76,0 |
Totaal verstrekte garantiestellingen | 26 | 789,3 | 23 | 793,9 |
De verstrekte zekerheden omvatten zekerheden en garanties verstrekt aan onze klanten, leveranciers en overige belanghebbenden (of die van onze niet-geconsolideerde deelnemingen). De verstrekte Parent Company Guarantees houden met name verband met de garanties voor de huur van twee drijvende opslag- en hervergassingsinstallaties (FSRU’s) van onze niet-geconsolideerde deelneming EemsEnergyTerminal. De overige garanties zien vrijwel volledig toe op de garanties jegens bepaalde kredietverstrekkers van leningen die zijn opgenomen door onze niet-geconsolideerde deelneming Gate terminal. De garantiestellingen zijn niet vrij overdraagbaar. De looptijd van de verstrekte zekerheden varieert over het algemeen tussen de één en tien jaar; een beperkt aantal zekerheden heeft geen overeengekomen einddatum.
Van de verstrekte garanties ziet een bedrag van € 322,8 miljoen (ultimo 2023: € 204,5 miljoen) toe op garanties waarvoor we op basis van de aard van de garantie geen uitgaande kasstroom verwachten (omdat we het onwaarschijnlijk achten dat de beneficiair de garantie zal inroepen). Daarnaast ziet een bedrag van € 448,6 miljoen (ultimo 2023: € 576,9 miljoen) toe op garanties die samenhangen met de betaalverplichtingen van onze niet-geconsolideerde deelnemingen. Deze verstrekte garanties leiden bij Gasunie alleen tot een uitgaande kasstroom indien de niet-geconsolideerde deelnemingen niet aan hun betaalverplichtingen voldoen en de beneficiair de garantie inroept.
Tot slot merken we op dat we ultimo 2024 ook voor € 176,2 miljoen (ultimo 2023: € 198,6 miljoen) aan contragaranties hebben ontvangen van onze mede-aandeelhouder in EemsEnergyTerminal (Vopak). De contragaranties zijn niet in mindering gebracht op de verstrekte garanties, omdat niet aan de juridische voorwaarden voor saldering is voldaan.
Rekening houdend met de voornoemde effecten, hebben we effectief voor een bedrag van € 17,9 miljoen (ultimo 2023: € 12,5 miljoen) aan garanties verstrekt waarvoor Gasunie in de toekomst mogelijk onderliggende betaalverplichtingen heeft. Deze onderliggende verplichtingen zijn niet in de balans opgenomen, omdat het bestaan van de verplichting afhangt van het al dan niet voordoen van een of meer onzekere toekomstige gebeurtenissen.
Meerjarige verplichtingen
De meerjarige verplichtingen zijn als volgt:
In miljoenen euro's | Contractwaarde | |
---|---|---|
Looptijd | 31 dec. 2024 | 31 dec. 2023 |
0 – 1 jaar | 84,9 | 88,9 |
1 – 5 jaar | 196,2 | 219,9 |
> 5 jaar | 87,6 | 90,2 |
Totaal | 368,6 | 399,0 |
De meerjarige verplichtingen hebben voornamelijk betrekking op de inkoop van stikstofproductiecapaciteit, gereserveerde transportcapaciteit voor transportleidingen die niet volledig ons eigendom zijn en de daarmee samenhangende management services en ICT- en overige diensten.
In de meerjarige verplichtingen zijn niet begrepen de eventuele verplichtingen die betrekking hebben op de toekomstige levering van energie uit hoofde van de termijnleveringscontracten. Voor nadere informatie over deze contracten verwijzen we naar noot 28 ‘Financiële instrumenten’ onder het hoofd ‘Prijsrisico’.
Verplichtingen uit hoofde van fysieke onbalansen
Hoewel we streven naar het minimaliseren van operationele onbalansen, treden in de praktijk stuurafwijkingen op waardoor de daadwerkelijke fysieke gasstroom in enige mate kan verschillen van de volumes die zijn genomineerd door onze klanten. Mede op grond van praktische uitvoerbaarheid verrekenen we deze verschillen niet dagelijks met onze klanten, maar nemen we ze op in een cumulatieve verschillenrekening (een zogenaamde ‘Operational Balancing Account’ (‘OBA’)) met de aangrenzende netwerkbeheerder, berging of productielocatie. Binnen Nederland zijn GTS en BBL Company OBA’s aangegaan met derden. Voor Gasunie Deutschland geldt dat Trading Hub Europe de onbalansen centraal beheert en dat Gasunie Deutschland hiervoor niet zelf verantwoordelijk is.
De operationele onbalans houden we continu en nauwlettend in de gaten en vereffenen we doorlopend in natura met de aangrenzende netbeheerder, berging of productielocatie door fysieke ontvangst of levering van aardgas. De OBA’s gebruiken we slechts voor operationele doeleinden en niet voor commerciële doeleinden.
Bij het gebruik maken van de OBA's gaan we uit van de continuïteitsveronderstelling en een doorlopende verrekening in natura. De onbalansen verrekenen we slechts financieel indien de partijen in de overeenkomst hun gastransportactiviteiten staken en verrekening in gas alsdan niet meer mogelijk is. De OBA’s hebben geen looptijd. Op grond van voornoemde overwegingen is het saldo te vorderen of te leveren gas als ‘eeuwigdurend’ aan te merken en is de contante waarde hiervan op de balansdatum nihil. Om deze reden zijn de onbalansen opgenomen in de niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen.
Ultimo 2024 is het cumulatieve operationele onbalansvolume 32 GWh positief (ultimo 2023: 41 GWh negatief). Er is daarmee sprake van een verplichting jegens de aangrenzende netwerken, bergingen en/of productielocaties. Uitgaande van de TTF-spotprijs per balansdatum bedraagt de waarde van deze onbalansverplichting circa € 1,5 miljoen (ultimo 2023: onbalansvordering van circa € 1,3 miljoen).
Naast onbalansen uit hoofde van de OBA’s kunnen ook onbalansen in de portfolio's van onze klanten voorkomen. Ook hier gaan we in beginsel uit van de continuïteitsveronderstelling en een doorlopende verrekening in natura. De onbalansen verrekenen we slechts financieel indien de partijen in de overeenkomst hun gastransportactiviteiten staken en verrekening in gas alsdan niet meer mogelijk is of wanneer zij de afgesproken kredietlimieten overschrijden. Ultimo 2024 is het cumulatieve onbalansvolume met onze klanten 19 GWh negatief (ultimo 2023: 3 GWh negatief). Uitgaande van de TTF-spotprijs per balansdatum bedraagt de waarde van deze onbalansvordering circa € 0,9 miljoen (ultimo 2023: circa € 0,1 miljoen).
Opruimverplichtingen
In voorkomende gevallen hebben we vanuit wet- en regelgeving en/of vanuit rechten en vergunningen een verplichting tot het opruimen van buitengebruik gestelde activa. Voor de activa waarvoor op de balansdatum sprake is van een dergelijke wettelijke of feitelijke verplichting, hebben we een voorziening voor opruimkosten in de balans opgenomen. Nadere informatie hierover hebben we opgenomen in noot 23 ‘Overige voorzieningen’.
Voor een aanzienlijk deel van onze activa geldt dat de opruimverplichtingen slechts een conditionele verplichting is. We hebben geen voorziening in de balans opgenomen voor de activa waarvoor we vanuit wet- en regelgeving of vanuit rechten of vergunningen niet verplicht zijn deze op te ruimen, tenzij toekomstige gebeurtenissen zich materialiseren. Voorbeelden van dergelijke gebeurtenissen zijn situaties waarin onze activa na buitengebruikstelling leiden tot milieuverontreiniging of wanneer een rechthebbende of een vergunningverlener met een beroep op een ter zake relevante contractuele regeling of publiekrechtelijke bevoegdheid ons verplicht om onze buitengebruik gestelde activa te verwijderen.
We verwachten op dit moment dat onze opruimverplichtingen in een beperkt aantal gevallen zullen materialiseren. We verwachten namelijk dat het transport van aardgas in de komende jaren belangrijk blijft en dat we daarna een aanzienlijk deel van onze activa in bedrijf houden in het kader van de energietransitie, bijvoorbeeld voor het transport van waterstof of inzake CCS. Ontwikkelingen op het gebied van de energietransitie kunnen ertoe leiden dat deze schatting in de toekomst wijzigt.
Daarnaast verwachten we dat opruiming van buitengebruik gestelde activa veelal niet zal materialiseren, omdat de kosten van het opruimen in voorkomende gevallen niet opwegen tegen de maatschappelijke kosten daarvan en de betrokken partijen in de praktijk daarom geen opruiming van ons vereisen. Ook kunnen rechthebbenden of vergunningverleners om andere praktische redenen afstand doen van hun recht om buitengebruik gestelde activa te laten verwijderen. Deze schatting kan wijzigen indien ons beleid en/of dat van de betrokken derde partijen in de toekomst wijzigt en/of omdat de technische verwijderingsmogelijkheden evolueren.
Claims en geschillen
Sprake is van een aantal meerwerkgeschillen met betrekking tot bouw- en aannemingsovereenkomsten die we betwisten. Deze meerwerkgeschillen bedragen ultimo 2024 gezamenlijk circa € 30-40 miljoen. Hoewel we de afloop van deze geschillen niet met zekerheid kunnen voorspellen, verwachten we – mede op grond van ingewonnen juridisch advies – dat deze geen nadelige invloed van betekenis hebben op de geconsolideerde financiële positie. Voor deze meerwerkgeschillen hebben we daarom geen voorziening in de balans opgenomen. Mochten deze meerwerkgeschillen alsnog worden toegewezen, hetgeen we onwaarschijnlijk achten, dan kunnen we de hieruit voortvloeiende kosten activeren als onderdeel van de kostprijs van het actief en maken deze kosten onderdeel uit van de gereguleerde activawaarde.
Verder is één van onze klanten een procedure gestart bij de rechtbank om haar langlopende capaciteitscontracten tussentijds te annuleren. We zijn van mening dat deze vordering ongegrond is. Indien de vordering echter geheel of gedeeltelijk zou worden toegewezen, dan verwachten we geen directe financiële gevolgen voor ons vanwege de in de wet- en regelgeving vastgelegde systematiek van omzetregulering.
Daarnaast hebben we vorderingen op Gazprom Export LLC inzake het niet nakomen van contractuele verplichtingen jegens ons en hebben we als reactie daarop ook tegenovergestelde vorderingen van Gazprom Export LLC ontvangen. We zien geen juridische basis voor deze tegenvorderingen. We hebben voor de uitkomst van deze claims geen vordering of verplichting in de balans opgenomen.
Tot slot hebben we beroep ingesteld bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) tegen het besluit van de ACM van december 2024 tot wijziging van de Transportcode gas LNB. Door middel van deze wijziging probeert de ACM een grondslag te creëren voor het opleggen van een Inter-Transmission System Operator Compensatie aan onze deelneming BBL Company. We zijn het oneens met de zienswijze van de ACM.
Hoofdelijke aansprakelijkheid fiscale eenheid
N.V. Nederlandse Gasunie vormt samen met haar Nederlandse 100%-groepsmaatschappijen een fiscale eenheid voor de heffing van vennootschapsbelasting en omzetbelasting. Op grond van de Invorderingswet zijn we hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden inzake de vennootschapsbelasting en omzetbelasting van alle bij de fiscale eenheid betrokken vennootschappen. In Duitsland geldt een soortgelijk aansprakelijkheidsregime voor de Duitse fiscale eenheid.
Hoofdelijke aansprakelijkheid personenvennootschappen
We hebben indirect een aantal samenwerkingsverbanden in de vorm van personenvennootschappen (vennootschappen zonder rechtspersoonlijkheid). Onze groepsmaatschappij die participeert in een personenvennootschap of optreedt als beherend vennoot voor een personenvennootschap is hoofdelijk aansprakelijk voor de verplichtingen die deze personenvennootschappen aangegaan.
Instemmings- en aansprakelijkheidsverklaring
Voor Gasunie Assets B.V. is een instemmings- en aansprakelijkheidsverklaring ex. art. 2:403 BW verstrekt door N.V. Nederlandse Gasunie.