Spring naar inhoud

18. Rentedragende leningen

Ultimo 2024 bestaat het nominale bedrag aan langlopende leningen van € 3.415,0 miljoen (ultimo 2023: € 3.090,0 miljoen) voor € 3.050,0 miljoen (ultimo 2023: € 2.550,0 miljoen) uit obligatieleningen en voor € 365,0 miljoen (ultimo 2023: € 540,0 miljoen) uit onderhandse leningen. De nog te amortiseren transactiekosten en disagio bedragen € 15,2 miljoen (ultimo 2023: € 14,6 miljoen). Het betreft leningen die op concernniveau zijn opgenomen, maar overwegend dienen als financiering voor investeringen door groepsmaatschappijen.

De mutaties in de rentedragende leningen zijn als volgt:

In miljoenen euro's 2024 2023
     
Nominale hoofdsom per 1 januari 3.090,0 3.015,0
Niet-geamortiseerde transactiekosten en disagio -14,5 -14,5
Boekwaarde per 1 januari 3.075,5 3.000,5
     
Mutaties in het boekjaar:    
Aflossingen -175,0 -225,0
Nieuw opgenomen leningen 500,0 300,0
Amortisatie van transactiekosten en disagio 1,1 1,6
Toevoeging transactiekosten en disagio -1,8 -1,6
Totaal mutaties in het boekjaar 324,3 75,0
     
Nominale hoofdsom per 31 december 3.415,0 3.090,0
Resterende niet-geamortiseerde transactiekosten en disagio -15,2 -14,5
Boekwaarde per 31 december 3.399,8 3.075,5
     
Gepresenteerd onder de kortlopende schulden -125,0 -175,0
     
Totaal 3.274,8 2.900,5

In april 2024 hebben we een nieuwe groene obligatielening uitgegeven ter waarde van € 500,0 miljoen. De overeengekomen looptijd bedraagt 20 jaar. De aflossing vindt ineens plaats op de vervaldatum. De obligatie is geplaatst onder het Green Financing Framework van Gasunie en als gevolg daarvan moeten we de opbrengsten van deze obligatie volledig alloceren aan onze groene bestedingsdoelen. Ons Framework voldoet aan de International Capital Markets Association (ICMA) Green Bond Principles en de bestedingsdoelen komen in aanmerking voor klimaat- en milieugerelateerde economische activiteiten conform de EU taxonomie. De effectieve couponrente bedraagt 3,88% en staat vast voor de gehele looptijd. Onder aftrek van € 1,8 miljoen aan disagio en transactiekosten is een bedrag van € 498,2 miljoen ontvangen. Dit bedrag is opgenomen in het geconsolideerde kasstroomoverzicht.

Ultimo 2024 hebben we voor € 800,0 miljoen (ultimo 2023: € 800,0 miljoen) aan Sustainability-Linked Bonds (SLB’s) uitgegeven. Uitgifte van deze obligatieleningen vond plaats in overeenstemming met het SLB Framework (versie 2020). Het SLB Framework is in lijn met de Sustainability-Linked Bond Principles (SLBP's) van de ICMA. We hebben twee doelen gesteld die per 31 december 2030 moeten zijn bereikt. De eerste doelstelling houdt in dat we onze uitstoot van methaan met ongeveer 50% moeten verminderen ten opzichte van 2020. De tweede doelstelling heeft betrekking op onze beïnvloedbare CO2-equivalente emissies die in 2030 – bij een gelijkblijvend transportvolume – met 30% moeten zijn teruggebracht ten opzichte van 2020. De duurzaamheidsdoelen kunnen vanaf 2031 – afhankelijk per SLB – leiden tot een jaarlijkse couponverhoging van tussen de 10 tot 25 basispunten als we op 31 december 2030 één of meerdere doelstelling niet hebben behaald. Eventuele couponverhogingen zien toe op de periode 2030 tot en met 2034-2036 (afhankelijk per SLB).

De potentiële couponverhogingen op onze SLB’s zijn niet verwerkt in de effectieve rente aangezien, op grond van de specifiek overeengekomen scope, ultimo 2024 geen aanleiding bestaat te veronderstellen dat we onze doelstellingen op termijn niet behalen. De emissies van onze joint venture EemsEnergyTerminal vallen buiten de doelstellingen van de voornoemde SLB’s.

In 2024 werden twee onderhandse leningen op de expiratiedatum volledig afgelost.

De vervalkalender van de rentedragende leningen (nominale waarde) is als volgt:

In miljoenen euro's 1e halfjaar 2e halfjaar Totaal
Aflossingsverplichting in      
2025  -  125,0 125,0
2026 650,0  -  650,0
2027  -   -   - 
2028  -  300,0 300,0
2029 150,0  -  150,0
na 2029     2.190,0
       
Totaal van de aflossingsverplichtingen     3.415,0

Het overzicht van de langlopende leningen, inclusief de kortlopende aflossingsverplichtingen, is als volgt:

In miljoenen euro's              
Soort lening Duurzaam-heidstype Oorspron-kelijke hoofdsom Looptijd Effectieve rente Rente herzienings-datum Restant hoofdsom ultimo 2024 Restant hoofdsom ultimo 2023
               
Onderhandse lening -  125,0  2009-2024 4,27% Rentevast tot einde looptijd  -  125,0
Onderhandse lening -  125,0  2010-2025 3,58% Rentevast tot einde looptijd 125,0 125,0
Onderhandse lening -  50,0  2014-2024 1,33% Rentevast tot einde looptijd  -  50,0
Onderhandse lening -  90,0  2021-2030 0,26% Rentevast tot einde looptijd 90,0 90,0
Onderhandse lening -  150,0  2021-2029 0,13% Rentevast tot einde looptijd 150,0 150,0
               
Totaal onderhandse leningen            365,0  540,0
               
Obligatielening -  650,0  2016-2026 1,04% Rentevast tot einde looptijd 650,0 650,0
Obligatielening -  300,0  2018-2028 1,48% Rentevast tot einde looptijd 300,0 300,0
Obligatielening -  500,0  2019-2031 0,47% Rentevast tot einde looptijd 500,0 500,0
Obligatielening SLB 2020  300,0  2021-2036 0,76% Rentevast tot einde looptijd 300,0 300,0
Obligatielening SLB 2020  500,0  2022-2034 3,38% Rentevast tot einde looptijd 500,0 500,0
Obligatielening Green Bond  300,0  2023-2033 3,92% Rentevast tot einde looptijd 300,0 300,0
Obligatielening Green Bond  500,0  2024-2044 3,88% Rentevast tot einde looptijd 500,0  - 
               
Totaal obligatieleningen           3.050,0 2.550,0
               
Totaal nominale waarde rentedragende leningen           3.415,0 3.090,0

De gewogen gemiddelde effectieve rente van de langlopende leningen bedroeg ultimo 2024 2,0% (ultimo 2023: 1,8%).

Inzake de rentedragende leningen hebben we geen zekerheden gesteld aan de kredietverstrekkers. Ook is geen sprake van belangrijke financiële convenanten of ratio’s waaraan we moeten voldoen.

Ten aanzien van de onderhandse leningen, die we allen hebben verkregen van de Europese Investeringsbank (EIB) geldt een aantal change-of-control voorwaarden met betrekking tot het houden van de aandelen van N.V. Nederlandse Gasunie door de Staat der Nederlanden en met betrekking tot het houden van de aandelen van GTS B.V. door N.V. Nederlandse Gasunie. We achten het onwaarschijnlijk dat deze change-of-control gebeurtenissen zich binnen afzienbare tijd aandienen.

Voor een nadere toelichting op de financiële risico’s die samenhangen met de rentedragende leningen en het financiële risicomanagement dat we toepassen met het doel deze risico’s te beperken, verwijzen we naar noot 28 ‘Financiële instrumenten’.