07 Circulariteit

Gasunie is in juni door de minister van EZK aangewezen als beheerder van het toekomstige waterstofnetwerk op de Noordzee. We bekijken daarbij of en op welke manier de bestaande gasinfrastructuur in de Noordzee hergebruikt kan worden. Omdat er de komende decennia ook nog aardgas op de Noordzee wordt gewonnen, moeten sommige aardgasstromen mogelijk worden omgeleid om hergebruik van leidingen mogelijk te maken. Leidingen die mogelijk voor hergebruik in aanmerking komen zijn de (delen van de) NGT-leiding en de leiding van NOGAT. Voor het onderzoek naar de mogelijkheden van hergebruik ontvangt Gasunie een subsidie uit het Klimaatfonds. Daarnaast onderzoeken we of en hoe we de BBL-transportleiding in de toekomst kunnen hergebruiken.

Veiligheid, circulariteit, biodiversiteit en de relatie met de omgeving vormen belangrijk elementen in de tienjarige raamovereenkomsten die Gasunie in april tekende met zes aannemers. Hierin worden afspraken gemaakt over het onderhoud en beheer van bestaande aardgasleidingen en de aanleg van nieuwe leidingen voor onder andere waterstof, groen gas en CO₂. De overeenkomst omvat een maximaal investeringsvolume van € 4 miljard, verspreid over een periode van 10 jaar. Mede gebaseerd op de raamwerkovereenkomsten streeft Gasunie naar een emissievrije bouwplaats in 2030.

Het hoofdkantoor van Gasunie wordt dit jaar met een uitgebreide verbouwing klaargemaakt voor de toekomst. Het is ons doel om zoveel mogelijk oude materialen opnieuw te gebruiken. Daarom wordt voor de verbouwing een ‘oogst-lijst’ opgesteld van materialen die vrijkomen en opnieuw zouden kunnen worden ingezet als maatwerkmeubilair of als bouwmateriaal. Daarmee proberen we een zo hoog mogelijk gehalte circulariteit te behalen voor deze verbouwing en zien we mogelijk nog herkenbare onderdelen uit ons ‘gebouw-DNA’ terug. Bouwbeslissingen maken we niet alleen op basis van kosten maar ook op basis van CO₂-impact over de volledige levensduur van materialen en middelen. Tot slot willen we tijdens de bouw, daar waar kan, gebruikmaken van sociale ondernemingen en inzetten op social return.